Als hij tekent, zit hij in zijn eigen cocon. Dan verdwijnt de wereld om hem heen en is hij met zijn hoofd ín de tekening. Maar waar interieurdesigner Hans Kuijten nog het meest plezier uit haalt, is om die zelf gecreëerde wereld op papier om te zetten in ruimtelijke vormen. In interieurs waar mensen zich vanaf het eerste ogenblik thuis voelen.

Redactie: Natasja Admiraal

Tientallen keren was fervent Spanjeganger Hans Kuijten al voorbij de Sagrada Família gelopen. Maar nog nooit had hij het neogotische bouwwerk van Gaudí van binnen gezien. Afgelopen zomer bezocht hij de gigantische basiliek in Barcelona voor het eerst. Hij liep er rond met tranen in zijn ogen. ‘Die lichtinval, die vormen. Zo ingenieus bedacht! En zoveel vakmanschap’, zegt hij. Het was voor hem een moment van grote inspiratie.

Vuurtoren op het dak
Ja, ook op vakantie is de interieurontwerper uit het Brabantse Nuenen met zijn vak bezig. Niet dat hij niet tot rust komt. Maar op een andere manier dan de meeste mensen. ‘Vakantie is fijn, maar echt ‘afschakelen’ van werk doe ik nooit. Ik wil elke dag weten hoe de zaken ervoor staan. Als ik mijn telefoon niet check, dán word ik pas onrustig.’ Met zijn team van acht professionals werkt hij momenteel aan verschillende projecten. Zoals het interieur van een voormalige zeevaartschool in Vlissingen die wordt omgetoverd tot een hotel. Het gebouw is een rijksmonument, mét een vuurtoren op het dak. Daarnaast werkt hij aan de inrichting van een aantal residentiële villa’s, twee hotelresorts in Oostenrijk en twee kantoorgebouwen, waar klanten en medewerkers worden ondergedompeld in een warme hospitality-sfeer. 

Storytelling
Voor hij aan een project begint, wil hij de locatie zien. Kijken, nee vóelen wat voor sfeer de plek heeft. Een hotel in de Alpen vraagt om een andere inrichting dan een hotel aan de Hollandse kust. ‘Uiteindelijk draait het om het storytelling’, zegt hij. In de bomvolle boekenkast op zijn kantoor is ruimte voor al zijn helden en inspiratiebronnen. Hij verzamelt boeken van zijn favoriete ontwerpers en films. ‘Ik begin een ontwerp niet met schetsen, maar met materialen. Ik kleur graag buiten de lijntjes. Waar sommige ontwerpers het zoeken in bizarre vormen, zit vernieuwing bij mij veel meer in de materiaalkeuze. Door een tv-meubel, kast of bar in een apart materiaal uit te voeren, wordt het een eyecatcher in de ruimte. Zulke dingen maken mijn interieurs allesbehalve doorsnee, of het nu een woning of hotel is.’ 

Eigen wereld bouwen
Als kind tekende hij al graag. En hij speelde veel met Lego. Dan bouwde hij zijn eigen werelden: een sprookjesbos, een pretpark. Of een complete stad van hout of karton. Met een zelfgemaakte poppenkast gaf hij voorstellingen aan de hele buurt. Rond zijn elfde jaar ging de Brabander aan de slag voor de plaatselijke carnavalsvereniging. ‘Wagens helpen bouwen, heel leuk werk. Later ging ik aan de slag voor een standbouwbedrijf. Daar heb ik pas echt veel praktijkervaring opgedaan: over de hele wereld bouwden we stands voor grote merken. Een geweldige leerschool.’ De entertainmentwereld heeft hem altijd aangetrokken. Als zestienjarige jongen timmerde hij zijn eigen dj-set. Dat nam al snel serieuze vormen aan en hij draaide vele avonden in discotheken, op feestjes en bruiloften. 

Geen luchtkastelen
Al die ervaringen hebben hem gevormd tot de interieurarchitect die hij nu is. Een praktische ontwerper, zo zegt hij zelf, die graag experimenteert maar ook realistisch is. ‘We bouwen geen luchtkastelen. Alles wat we bedenken, moet technisch én budgettair gezien uitvoerbaar zijn. Je kunt wel de meest ingewikkelde constructies ontwerpen, of een villa met gouden kranen, maar wat heb je daaraan als het niet gerealiseerd kan worden? In die zin ben ik misschien niet de grootste vernieuwer. Maar dat ambieer ik ook niet. Veel mensen vinden het mooi wat ik maak. Ik bedien een breed publiek.’ Naast interieurs heeft hij jarenlang de befaamde mainstage-decors ontworpen voor festivals als Tomorrowland. Van Legopretpark naar ’s werelds grootste festival – wie had dat gedacht. 

Kameleon
Wat zijn grote kracht is? ‘Goed luisteren naar de opdrachtgever. Ik ben een kameleon, ik kan me aanpassen. En doe vervolgens veel onderzoek.’ De komende jaren wil hij zijn ‘merk’ verder uitbouwen. Zijn eigen meubellijn verbreden. ‘Anders dan voorheen kun je bij ons nu terecht voor een interieur van A tot Z, waarmee we klanten op alle vlakken kunnen ontzorgen. Dat wordt in dit segment steeds belangrijker.’ Wanneer is een interieur geslaagd? ‘Als mensen de ruimte binnenstappen en denken: dit voelt fijn. Dit is thuiskomen. Dat een interieur aanvoelt als een warme deken.’ Maar écht tevreden is hij pas als het traject fijn is verlopen. Sommige projecten duren bijna twee jaar. ‘Daarom is het zo belangrijk dat er vanaf het eerste ogenblik een klik is tussen jou en de opdrachtgever. Als dat goed zit, komt de rest vanzelf.’

Hanskuijten.nl